Atlas der Neederlanden

Werk in Uitvoering

zaterdag 9 maart 2013

Papierfabriek Schut, Heelsum


Papyrus oogsten - oude technieken in moderne papierfabriek...


Bestudering proefdrukken op verschillende soorten papier






Ook bij daglicht






Een uitdaging voor de papiermakers.


Met proefdrukken die in Kroatië zijn gemaakt, reisden Jan Werner (curator), Rob van Diessen (uitgever), Tjeu Ziellemans (grafisch vormgever) eind januari af naar Papierfabriek Schut in Heelsum.   

De facsimile van de Atlas wordt op speciaal daarvoor gemaakt papier gedrukt. Maar wat voor soort papier moet dat worden? De kaarten zijn in verschillende perioden vervaardigd, in de regel koperdruk, op papier uit de 16e, 17e, 18e en vroeg 19e eeuw. De koperen platen waarmee ze zijn gedrukt, zijn allang verdwenen.

Er moet dus geprobeerd worden om met moderne offset druktechnieken het effect van oud-Hollands drukwerk te bereiken. De keuze van het papier is cruciaal. Zwaarte, dikte, vochtgehalte zijn belangrijke factoren, evenals het te bedrdukken oppervlak: als het papier te glad is, zal de afdruk er 'te nieuw' uitzien. Als het papier een wat ruwer oppervlak heeft, oogt het ouder en authentieker, maar zakt met name de zwarte inkt erin en wordt wat valer. Meer druk uitoefenen tijdens het drukken maakt het zwart dan wel zwarter, maar de rest van het oppervlak wordt daardoor juist een beetje groezelig. Kortvezelig papier geeft mooier resultaat, maar het breekt gemakkelijker bij het vouwen - en er zullen straks veel kaarten worden gevouwen. Ga er maar aanstaan...


Aan de hand van de keuzes die nu gemaakt worden, zullen de papiermakers een nieuwe partij van 350 tot 400 kg papier maken voor de volgende proefdruk in Kroatië. Als die proefdruk akkoord is, moet de grote partij papier worden gemaakt - 10 tot 12 ton, gemaakt in één keer gemaakt, speciaal voor de Atlas. 

De drukker zal eerst de stroken drukken, dan de achterkant van de vellen (de achterkant van de kaarten moet er 'neutraal' uitzien, en niet 'te nieuw'  ogen), en tenslotte de kaarten zelf. Dat geeft in Nederland ook nog wat meer ruimte, want er moeten nog enkele tientallen kaarten uit de Atlas worden gehaald om opnieuw gescand worden; de kwaliteit van de eerste scan (waarbij de kaart in het boek zat) was niet goed genoeg.