Atlas der Neederlanden

Werk in Uitvoering

vrijdag 3 december 2010

Wat gaan we doen?



Op 26 november organiseerde de GIN-Werkgroep voor de Geschiedenis van de Kartografie in samenwerking met de Bijzondere Collecties van de Universiteit van Amsterdam een speciale studiedag rond de Atlas der Neederlanden. De laatste presentatie van de dag was 'Schade in kaart gebracht' over de Atlas der Neederlanden van Jean-Marieke Poot en Judith Geerts, restaurators-in-opleiding.
('In opleiding' klinkt wat laagdrempelig, maar dat is bepaald niet zo; je hebt er aanzienlijk meer voor nodig dan een VMBO-T diploma.)

Poot en Geerts gaven een presentatie over hun onderzoek: over de uitgangspunten, wat ze aantroffen, en wat hun advies is met betrekking tot restauratie van de Atlas.

Daarbij moesten ze, behalve met de toestand van de Atlas, ook rekening houden met de visie van de conservator, financiele overwegingenen en plannen voor toekomstig gebruik. En recht doen aan de unieke status van de Atlas.

De uitgangspunten
- de unieke fysieke vorm van de Atlas moet zo blijven;
- de geschiedenis van de Atlas, met alle sporen, moet 'afleesbaar' blijven;
- de restauratie dient primair een verantwoorde conservering, de restauratie wordt niet voor het mooi gedaan;
- door digitalisering van de hele atlas zal het nauwelijks meer nodig zijn om de Atlas nog te gebruiken.

De schade
Schade aan de lederen banden
- stootschade (bij de hoeken);
- degradatie van het leer;
- oppervlaktevuil.
Schade aan de kaarten
- chemische schade (foxing, kopervraat, inktvraat);
- klimaatschade (vochtvlekken, schimmel, golvende pagina's);
- oppervlaktevuil (stof, vlekken van vieze vingers. Vuil is hygroscopisch, trekt dus vocht aan, wat weer heel gunstig is voor schimmelvorming);
- mechanische schade (schade door gebruik, valse vouwen, scheuren, het losraken van kaarten);
- 'eerdere "restauraties"'.
(Dat lijkt me nou een dodelijke beschuldiging van het restaurator aan het adres van zijn voorganger. Je kunt alleen maar hopen dat je opvolgers niet hetzelfde over jouw werk zeggen.)

Advies
Deel 1, 2 en 3, concludeerden Poot & Geerts, waren in redelijk goede staat. Deel negen is, zoals bekend, het zorgenkindje. Dat lijkt te komen door veelvuldig gebruik, niet doordat dat de kaarten daar slechter zijn ingebonden. De schade aan de banden is eigenlijk gering, de meeste schade is aan het papier.
De banden
- waar nodig versteviging en restauratie.
De kaarten
- scheuren waar mogelijk plakken;
- vuil droogreinigen (natreinigen kan kopervraat bijvoorbeeld juist weer versterken)
- waar mogelijk, vlakken van vouwen die onnodig spanning veroorzaken;
- waar mogelijk, verkeerde restauraties herstellen;
- (alleen) bij de restauratie van deel negen kunnen kaarten uit die band worden gehaald en na afloop teruggeplaatst worden;
- een duidelijk en zeer restrictief inzagebeleid.

Over dat laatste hadden Poot en Geerts een uitgesproken opvatting: Er moeten duidelijke en beargumenteerde regels komen over wie wat onder welke omstandigheden en voorwaarden mag inzien. Daarbij zouden de inzageregels voor deel 1, 2 en 3, die relatief in goede staat verkeren, minder streng hoeven zijn dan voor bijvoorbeeld band 9. En ze zouden voor eenvoudig gevouwen kaarten minder streng hoeven zijn dan voor de meer kwetsbare kruislings gevouwen kaarten.

Dit alles - en ongetwijfeld - nog veel meer, zal binnenkort besproken worden tijdens een vergadering met allerlei betrokkenen om uiteindelijk een besluit te nemen over wat er het komend jaar gaat gebeuren met de Atlas. Maar die middag lagen de negen delen opengeslagen op een grote ovale tafel. Nog even vrij te bekijken voor belangstellenden. Het gehavende deel negen ligt onbereikbaar & veilig in het midden.